De fiets is een ongelooflijk belangrijke schakel om de ambities waar te maken inzake duurzame mobiliteit. Er wordt in Turnhout al bijzonder veel gefietst, maar niettemin is er nog heel veel werk aan de winkel, zowel qua verkeersveiligheid, infrastructuur als qua veilige fietsenstallingen. Zeker voor gebruikers van dure (elektrische) fietsen is kwaliteitsvolle fietsenstalling een essentiële voorwaarde om de fiets te gebruiken voor dagdagelijkse verplaatsingen.
Vanuit het stadsbestuur is er de voorbije jaren sterk ingezet op het voorzien van veilige fietsenstallingen langs de openbare weg. Zeker rond de Grote Markt, de Gasthuisstraat, het station en Turnova blijken deze stallingen vaak nog ruim onvoldoende.
Bij nieuwe stedenbouwkundige projecten wordt fietsinfrastructuur in veel gevallen al opgenomen als noodzakelijke voorwaarde voor het verkrijgen van een omgevingsvergunning. Bij reeds bestaande infrastructuur is het minder evident om als stadsbestuur sturend op te treden.
Het is bijvoorbeeld opvallend dat verschillende grote winkels aan de stadsrand niet of nauwelijks beschikken over kwaliteitsvolle fietsenstallingen en dat het bovendien niet eenvoudig is om deze stallingen op een veilige manier te bereiken. Nochtans blijken ook de winkels aan de stadsrand druk bezocht te worden door fietsende klanten.
Daarom had ik volgende vragen:
1. Welke normen worden er gehanteerd bij aanvragen voor omgevingsvergunningen inzake fietsparkeren? Wordt bij deze normen rekening gehouden met de evoluties in het fietsgebruik, zoals bijvoorbeeld de stijgende populariteit van elektrische fietsen of het gebruik van bakfietsen?
2. Ziet het stadsbestuur mogelijkheden om bij reeds vergunde infrastructuur sturend of ondersteunend op te treden inzake fietsinfrastructuur?